De kunst van opnieuw kijken
Essentie
Reflectie is geen nablijf-activiteit, geen verplicht invulhokje en geen moralistisch “laat eens zien wat je geleerd hebt”.
Reflectie is de spiegel van bewustwording.
Het is het moment waarop een leerling stopt, kijkt, voelt, denkt — en zichzelf een klein beetje opnieuw vormt.
Reflectie maakt leren duurzaam.
Want wie reflecteert, leert niet alleen iets, maar leert zichzelf.
De 7 subdimensies van Reflectie
1. Zelfobservatie
Wat deed ik eigenlijk?
Het vermogen om naar jezelf te kijken zonder oordeel.
2. Gevoelsbewustzijn
Wat voelde ik hierbij?
Emoties als richtingaanwijzers in plaats van obstakels.
3. Gedachtenbewustzijn
Welke verhalen vertelde ik mezelf?
Herkennen van interne scripts zoals: “Ik kan dit niet.”
4. Impactbewustzijn
Wat deed mijn gedrag met anderen?
De stap van egocentrisch naar relationeel bewustzijn.
5. Patroonherkenning
Waar heb ik dit eerder meegemaakt?
Het vermogen om jezelf te doorzien.
6. Perspectiefwissel
Hoe ziet een ander dit?
Empathie als cognitieve vaardigheid.
7. Integratie
Wat neem ik mee naar de volgende keer?
Reflectie wordt actie.
Leren wordt groei.
Reflectie is dus geen terugkijken —
het is vooruit groeien.
Praktische toepassing in de klas
- Gebruik na elk verhaal een reflectievraag die dieper gaat dan “wat vond je ervan?”.
- Laat leerlingen reflecteren via gesprekken, tekeningen, kaartjes of kleine schrijfopdrachtjes.
- Geef zelf het voorbeeld: “Ik merkte dat ik net gehaast was. Dat voelde ik hier (hand op borst). Wat had ik kunnen doen?”
- Gebruik fictieve verhaalfiguren om reflectie licht te maken:
“Waarom ging RuimteGeit op zijn bek? Wat had hij anders kunnen doen? Wat zegt dat over ons?” (ik heb een verhaal waarin RuimteGeit letterlijk en figuurlijk op zijn bek gaat) - Laat leerlingen reflectie koppelen aan hun interne verhalen (zie Dimensie 1).
- Wees zacht. Reflectie is kwetsbaar.
Waarom reflectie werkt (neurologische basis)
Reflectie is een high-level hersenfunctie en activeert meerdere systemen:
1. Default Mode Network (DMN)
→ zelfbeeld
→ betekenisgeving
→ herinnering
→ verbeelding
Dit maakt reflectie essentieel voor identiteitsontwikkeling.
2. Insula
→ interoceptief bewustzijn (“wat voel ik vanbinnen?”)
→ emotionele zelfkennis
Belangrijk voor emotieregulatie.
3. Prefrontale cortex
→ analyseren
→ plannen
→ inhibitie (impulsen reguleren)
→ perspectief nemen
4. Hippocampus
→ ervaringen koppelen aan lange-termijn geheugen
→ integratie van leerervaringen
5. Salience Network
→ bepalen wat belangrijk is
→ aandacht richten op betekenisvolle details
Reflectie versterkt dus:
- emotieregulatie
- zelfmonitoring
- impulscontrole
- metacognitie
- executieve functies
Dit is goud in het voortgezet onderwijs.
Reflectievraag
Welke spiegel zou jij vandaag aan je leerlingen willen geven? En welke aan jezelf?
